Midden in
de winternacht was er een ster op aarde neergedaald. Een hemels koningskind was
geboren. En zij gingen het zoeken om het te aanbidden en hun offergaven te
bieden. Zij gaven goud, wierook en mirre, geschenken die van oudsher gegeven
werden aan koningen en profeten.
De Drie Koningen
begroetten het hemels koningskind. 6 januari is de dag van de Drie Koningen.
Artaban, de vierde Wijze. Verkrijbaar bij www.priegelgoud.nl |
In het verhaal van Artaban ziet Artaban, samen met zijn drie vrienden, de ster en besluiten om samen het Kind te gaan zoeken. Artaban kan nog niet meegaan. Hij moet eerst zijn bezittingen verkopen. Hij zal zijn vrienden op een afgesproken plek weer zien. Als Artaban daar aankomt, zijn zijn vrienden al vertrokken en gaat hij alleen op weg......
Henry
van Dyke trof deze legende aan in een middeleeuws boek: de Gouden Legende van
Jacobus van Voragine..en schreef in 1899 dit kerstverhaal.
Mirjam Chamuleau van de Zonnejaargroep heeft een beschrijving rond het verhaal gemaakt.
Wie in het hemelsheil slechts ziele-redding
ziet
ziet wel zijn weg, maar het hoogste vindt hij
niet.Slechts wie in Liefde gaat en haar zijn leven wijdt,
wordt door God zelf-na lange tocht-de hemel ingeleid.
Met
deze woorden begint de Nederlandse vertaling van een oorspronkelijk in het
Engels geschreven verhaal De vierde wijze uit het Oosten door Henry van Dyke
(oorspronkelijke titel: The other wise man).
Deze
paar woorden geven mijns inziens goed de essentie van dit verhaal weer. Henry
van Dyke, de schrijver, verkeerde in een moeilijke periode van zijn leven. Door
ziekte getroffen maakte hij veel slapeloze nachten door en in een van deze
nachten kwam dit verhaal tot hem. Later heeft hij deze geschiedenis van Artaban
opgeschreven.
Hij
vertelt dat er naast de drie wijzen uit het Oosten die van ver kwamen om hun
geschenken naar het kind in Bethlehem te brengen, een vierde wijze was. Hij
leefde in de stad Ecbatana in de bergen van Perzie en was een volgeling van
Zarathustra. Zijn naam was Artaban.
Artaban
zag ook de ster en wil hem volgen om het kind te zoeken. Hij bereidt zichzelf
en zijn paard Vasda voor op de lange tocht. Drie edelstenen neemt hij mee als
geschenk voor het kind: een saffier, blauw als de nachtelijke hemel, een robijn
roder dan een straal van de ochtendzon en een reine parel, wit als een
sneeuwtop in schemerlicht. Hij gaat op weg om de drie andere wijzen te
ontmoeten met wie hij samen zal reizen. Dan komt er een zieke haast stervende
man, letterlijk, op zijn pad. Het eerste dilemma is geboren; reist hij door om
op tijd zijn ontmoeting te hebben of riskeert hij die te missen en helpt hij de
zieke man? Of, zoals Henry van Dyke het formuleert: zou hij het grote loon voor
zijn goddelijk geloof opgeven voor een enkele daad van menselijke liefde?
Hij
gaat in gebed om de juiste keus te kunnen maken en besluit de man te helpen.
Als hij dan na zijn oponthoud op de afgesproken plaats aankomt zijn de koningen
zonder hem vertrokken. Hij besluit ze te volgen en moet zijn saffier van de
hand doen om kamelen en leeftocht voor de reis te kopen.
Zijn
tocht voert hem naar Bethlehem maar daar aangekomen verneemt hij dat de vader
en moeder en het kind op weg naar Egypte zijn gegaan. Het is een vrouw, een
jonge moeder, die hem dit vertelt en plotseling komen ook aan haar deur de
soldaten van koning Herodes die de opdracht hebben alle kinderen jonger dan
twee jaar te vermoorden. Artaban opent de deur en biedt de soldaat zijn robijn
aan en vraagt hem verder te gaan. De bevelhebber is verrukt over de
schitterende steen en beveelt zijn manschappen: "voorwaarts, hier is geen
kind het huis is leeg". De vrouw dankt Artaban voor het redden van haar
kind.
Dan, met alleen nog de parel als geschenk vervolgt Artaban zijn tocht om het kind te zoeken. Hij reist naar Heliopolis en Alexandrië en zoekt naar het kleine gezin uit Bethlehem. Hij komt door streken waar hongersnood heerst; hij komt door steden waar mensen ziek van de pest versmachten in hun ellende. Hij bezoekt gevangenissen en slavenmarkten en geeft de hongerigen te eten, kleedt de naakten, geneest zieken, troost gevangenenen.
Zijn
jaren kwamen en gingen sneller dan de spoel die door het weefgetouw heen en
weer schiet. Drieëndertig jaren van Artaban's leven waren voorbijgegaan en nog
was hij een pelgrim, nog was hij iemand die het licht zocht. Moe en uitgeput
komt hij in Jerusalem aan, het was omsteeks het paasfeest en de stad was vol
vreemdelingen. Daar is het dat hij verneemt dat men op weg is naar Golgotha
alwaar een terechtstelling van twee rovers en een zekere Jesus van Nazareth zal
plaatsvinden. Dat treft hem in zijn hart en hij sluit zich bij deze mensen aan.
Hij denkt: "Gods wegen zijn wonderbaarlijker dan de gedachten van mensen. Kan het zijn dat ik de koning vind in de hand van zijn vijanden, dat ik nog op tijd kom om hem vrij te kopen met mijn parel?" Dan passeert hem een troep soldaten die een meisje voortslepen wiens gewaad gescheurd is. Terwijl Artaban vol medelijden naar haar kijkt scheurt zij zich los en werpt zich aan zijn voeten. Ze smeekt hem haar te helpen nu ze na haar vaders dood, voor zijn schulden, als slavin verkocht wordt. Artaban beeft en herkent weer de oude strijd in zijn ziel. Hij haalt de glanzende parel tevoorschijn en biedt hem aan als losprijs voor het meisje.
Op
dat moment neemt de duisternis toe en begint de aarde te trillen. De muren van
de huizen schudden heen en weer, een steen valt naar beneden en treft de oude
Artaban aan zijn slaap. Daar, zijn bloedende hoofd rustend op de schouder van
het meisje spreekt hij: niet alzo Heer, wanneer zag ik U hongerig en heb U te
eten gegeven? Of dorstig en heb U gedrenkt? Wanneer zag ik U als een
vreemdeling en heb U opgenomen? Of naakt en heb U gekleed? Wanneer zag ik U
krank of in de gevangenis en ben tot U gekomen?
Drie
en dertig jaren heb ik naar U uitgezien, maar nooit zag ik Uw gelaat, nooit
vermocht ik U mijn koning naderen.
En
dan klinkt er een zachte stem: Voorwaar ik zeg u voor zover gij dit aan een van
deze mijn geringste broeders gedaan hebt, hebt ge het aan mij gedaan!
Een
laatste, lange zucht komt over Artaban's lippen, zijn schatten waren
aangenomen, zijn reis was geëindigd!
Dit
verhaal geeft een prachtig beeld van de mens die wijzelf eigenlijk zijn. Op weg
naar een hoger doel; waarnaartoe we van alles tegenkomen op ons pad en steeds
weer de moed moeten opbrengen het Ware en het Goede te gaan doen.Is het daarom dit verhaal dat me keer op keer ontroert?
Mirjam Chamuleau
Mirjam Chamuleau
De volledige tekst van de legende is te vinden op
http://www.verhalenalmanak.nl/verhaal/de-vierde-wijze/
Dit is het prentenboek, HET MOOISTE GESCHENK, Het verhaal van de vierde koning. Het wordt helaas niet meer uitgegeven.
Deze reactie is verwijderd door een blogbeheerder.
BeantwoordenVerwijderen