maandag 14 mei 2012

Dauwtrappen op Hemelvaartsdag

Uit: ’Schipper mag ik overvaren’
Juul van der Stok

koeien mist
Het dauwtrappen op Hemelvaartsdag is een oude traditie die in onze tijd nog sterk leeft. In het ideale geval zou zo’n ochtend er als volgt uit kunnen zien: voor zonsopgang worden de kinderen goed gehumeurd vanzelf wakker, doen een warme trui aan en verheugen zich over de stilte en duisternis in en rond het huis, het is vier uur. Vader heeft de picknickmand gevuld met warme broodjes, thermoskannen en verrassingen en verheugd stappen we met het hele gezin de voordeur uit, zo de wijde natuur in.
Er ligt een dikke deken van nevel over de bedauwde velden, een paar koeienruggen steken er boven uit. We horen het eerste gezang van de vogels vanuit de bosrand; de merel is onmiskenbaar de koning der zangers en verhaalt over de ontwakende natuur. Het zingen zwelt aan van meerdere kanten, stil luisteren we naar de golvende, rijke melodieën.
Het wordt lichter, in het oosten kleurt een bleke gloed waarin de eerste zonnestralen over de nevel glijden. De nevelwolken komen in beweging, beginnen te dampen en op te stijgen. De koeienruggen zijn verdwenen maar in het weiland zien we poten en soms een grazende koeienkop te voorschijn komen.
We lopen nu zelf ook door de bewegende wolkensluiers en zien aan het gras en de plantenbladeren parelende druppels hangen, die uitgescheiden worden door de opstijgende sapstromen. Dat is dauwtrappen, met blote voeten door het natte gras lopen in de opstijgende nevels en voelen dat je mee omhoog gedragen wordt.
We horen nu veel meer vogelzang: zwartkop, tjiftjaf, fitis, vink en vele meestertjes. De koekoek posteert zich op een strategisch punt aan de bosrand, spiedend waar graspieper of heggemus hun nest bouwen waarin haar koekoeksei gelegd kan worden.
Gele lissen sieren de oevers van de sloten waarover paardebloemenpluizen op de wind wegdrijven naar volgende wilanden. En terwijl de zon ons langzaam begint te verwarmen, strijken we neer tegen de dijk voor een heerlijk ontbijt. De kinderen liggen omhoog te kijken naar de wolken die boven ons voorbij drijven.”Een beer..., nee, een monster..., kijk daar, een zeilschip..., en een hele oude man..........................
...............................................

Geen opmerkingen:

Een reactie posten